De Toekomststoel krijgt een plekje in het Bossche Bestuurscentrum. Fotograaf: Grootouders voor het klimaat - Bron: Grootouders voor het klimaat
In het Londense Hyde Park is er al sinds 1783 een speakers corner. Dit een plek waar voor die tijd veroordeelden werden opgehangen, maar daaraan voorafgaand nog hun laatste woord mochten spreken. Toen in 1783 het ophangen stopte werd het een plek waar het publiek een mening mocht geven. In Nederland kennen we dat als de zeepkist, maar dat is vaak bij kleinere bijeenkomsten.
Dat je als burger een mening mag hebben, hoort bij vrijheid en democratie. Die mening onder de aandacht krijgen van hen die voor ons besluiten nemen, is een stuk lastiger. Dat bleek ook uit het jaarverslag van de Ombudscommissie die gaat over de afhandeling van klachten. Een van de waarnemingen is dat steeds meer burgers zich niet gehoord voelen of op zijn minst niet serieus genomen voelen. Hoe sterker dat gevoel wordt, hoe verder de burgers van het bestuur van een stad, provincie of land af komen te staan.
Zo onderzocht het CBS 10 jaar lang hoe het staat met het vertrouwen van burgers in instituties die er in Nederland zijn. Het zal u waarschijnlijk niet verbazen dat politici helemaal onderaan bungelen met 25% vertrouwen. Het meeste vertrouwen gaat naar het leger (68%), politie (79%) en rechters (79%). De politiek heeft een behoorlijke inhaalslag te maken, maar hoe doe je dat?
Afgelopen donderdag was er in de gemeenteraad een discussie over het plaatsen van een stoel, die gemeenteraad cadeau heeft gekregen. Deze zogenaamde Toekomststoel werd door meerdere organisaties samen aangeboden als herinnering dat het een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid is te zorgen voor een leefbaar klimaat voor toekomstige generaties. Nu is het zo dat als de raad iets krijgt aangeboden ze het ook officieel moet accepteren en daarmee ook verantwoordelijkheid neemt om het aangebodene een plek te geven en te verzorgen. Dat geldt voor kunstwerken en dus ook voor deze stoel.
Er werd een motie ingediend om de stoel een plek te geven in het bestuurscentrum. Als het aan de PVV ligt, wordt de stoel als brandhout gebruikt. Een aantal andere fracties vonden dat het bestuurscentrum een neutraliteit moet uitstralen en weer anderen vonden dat ze geen symbolen nodig hadden om er aan herinnerd te worden dat ze ook werken voor toekomstige generaties.
Opvallend hoe de Bossche politici in een bubbel leven. De stoel staat inderdaad voor een mening van een deel van de bevolking. Een deel van de bevolking dat zich niet gehoord en al helemaal niet serieus genomen voelt. Maar daar hadden de raadsleden geen oog voor, het ging om hun, wat zij vonden en niet om wat burgers vinden. En al helemaal moet voorkomen worden dat het bestuurscentrum vol komt te staan met symbolen die aan de raad worden aangeboden. En dat is nu precies waarom er zo weinig vertrouwen is in politici. De raad zal ook geen symbolen krijgen als ze zorgen dat ze zaken doen die burgers tevreden stellen.
Zij zijn de representant van de democratie, een verschijnsel dat van niemand is of beter gezegd iets is van ons allemaal. Blijkbaar vinden een aantal politici dat helemaal niet en zijn zij het die het voor het zeggen hebben. Het volk moet niet zeuren en wijsheid aan de raadsleden overlaten. Raadsleden willen niet begrijpen dat ze een enorme verantwoordelijkheid hebben. Dan gaat het niet alleen om de besteding van belastinggeld, maar ook over het welzijn van burgers. Jezelf neutraal vinden is wel de grootste gotspe, want je wordt gekozen omdat je een bepaalde mening hebt en daarmee al bij voorbaat niet neutraal bent.
Uiteindelijk werd de motie met 16 stemmen voor en 14 tegen aangenomen en krijgt de stoel, die nu op kamer van wethouder Van der Geld staat, een plekje in de publieke van het bestuurscentrum. Daarmee is het wel een symbool en een stem voor de toekomstige generaties, die nu geen stem hebben. Dat mag je symboolpolitiek noemen, maar dat is toch niet iets waar de raadsleden vies van zijn.